Kamille, of grootbloemig madeliefje, is geliefd in Rusland. Veel mensen laten haar groeien, een pretentieloze schoonheid. Het ras belooft grote bloeiwijzen te krijgen, maar in de praktijk komt het voor dat de bloemen middelgroot worden.
Kamille behoort tot de groep van meerjarige vorstbestendige, droogteresistente planten. Het groeit op heldere, zonnige plaatsen en in halfschaduw is het pretentieloos voor de bodem. Maar het is belangrijk voor een bloemist om bloemen te kweken met grote bloeiwijzen.
Daarom moet de kamille op een goed verlichte, zonnige plaats worden geplant. Vochtige gronden en laaggelegen plekken, waar in het voorjaar water staat, daar houdt ze niet van en zal ze daar wieden. De grond voor het madeliefje moet diep worden gecultiveerd en voldoende voedingsstoffen bevatten.
Het moet systematisch in de grond worden gebracht waar kamille, humus en organisch materiaal groeien (10 kg humus per 1 vierkante meter), en de planten voeden, waarbij minerale voeding voor bloeiende planten in de grond wordt geïntroduceerd. Bij droog, lang weer moet kamille worden bewaterd. De grond moet matig vochtig zijn.
De afstand tussen de planten moet minimaal 30 cm zijn, dit zorgt voor een goede voeding en licht.
Wanneer het madeliefje lange tijd op één plek wordt gekweekt, met een gebrek aan vocht, degenereren de planten. Groeiende struiken moeten om de 3-4 jaar worden opgegraven en verdeeld. Het moet op een nieuwe, goed voorbereide plaats worden geplant.
Voor de winter kun je de kamille bedekken met bladeren, vuren takken. In het vroege voorjaar wordt de schuilplaats verwijderd.
Om zeer grote bloeiwijzen te krijgen, kunt u een beroep doen op de knijpmethode. Omdat kamille als een struik groeit en veel stengels vormt, worden sommige ervan verwijderd. De resterende steeltjes krijgen meer voeding en de kamille bloeiwijzen zullen groter zijn.