Tulka, of Kaspische sprot, is een soort kleine commerciële vis, die door vissers wordt beschouwd als een goed aas voor grote roofvissen, bijvoorbeeld snoekbaars of bersh (baars).
Het is nodig
- - tulka;
- - mal;
- - hengel met lijn;
- - knikken;
- - kerstballen;
- - harpoen.
instructies:
Stap 1
Koop in een winkel of vang een tulka, maar ontdooi hem niet opnieuw: deze vis is erg vettig en valt bij herhaalde vorst en daaropvolgende ontdooiing uit elkaar aan de haak. Wees niet ontmoedigd als de tulka bruin wordt na het ontdooien; een verandering van kleur heeft geen invloed op de aaskwaliteiten. Kies middelgrote vissen, niet meer dan 5 cm.
Stap 2
Kies voor het sprotvissen een gewone hengel met een lijn van 0,35 diameter op een haspel, een verende knik en een lijn. Het aas moet vergezeld gaan van een rig in de vorm van een glow-in-the-dark of felgele mal en verschillende extra haken, dubbel of driedubbel. Kunstaas of jigkop (loodzinker) kan ook als aas dienen.
Stap 3
Plaats de tule op verschillende manieren op de haaknaald en kijk welke voor jou werkt. Afhankelijk van de plaats van vissen, de stroming, de kracht van de wind, is de kans groter dat een roofvis bijt naar een vis die ofwel aan de overkant, dan aan de staart is gehaakt, dan in twee lekke banden - in een halve cirkel of het lichaam en het hoofd verdelend. Het is beter om een T-haak over de tule te plaatsen. Probeer ook een worm aan de tule toe te voegen.
Stap 4
Ga bij het vissen met tulka niet lang op één plek zitten, experimenteer met verschillende tactieken. Probeer met regelmatige tussenpozen een hengel met aas zo'n tien centimeter in het water te gooien en blijf dan een tijdje passief zitten (wachten). Bij het bijten, zelfs zwak, verander het gat of de visplek niet, wacht op de tweede beet. Houd altijd een scherpe harpoen bij de hand.